Door: Niek van Droffelaar
In mijn werk als consultant ben ik dagelijks in gesprek met leiderschap teams uit het Nederlandse bedrijfsleven. De psycholoog in mij is altijd nieuwsgierig naar de eigenaardigheden van een mens, en ja; iedereen heeft ze, zeker de leidinggevenden! Deze eigenaardigheden kunnen mensen dichter bij elkaar brengen, of soms de oorzaak zijn van onderling gedoe. Hoe dan ook, in een groepsgesprek breng ik deze eigenaardigheden naar boven en maak ik op die manier de zaken bespreekbaar die voor het team belangrijk zijn om verder te komen. In de teamsessies komen we vaak tot een doorbraak als we praten over kwetsbaarheid, jezelf openstellen naar de ander en de hulpvraag durven stellen naar elkaar. Kortom; meer samenwerken. En ik moet ook eerlijk toegeven dat ik een lichte vorm van trots in mijzelf bespeur als we tot dit niveau komen van de dialoog komen. “We moeten elkaar meer opzoeken, in gesprek blijven, dit gevoel met elkaar vasthouden” wordt er vaak tegen elkaar gezegd aan het einde van een geslaagde sessie. “Job well done”, zeg ik tegen mezelf en stuur het team met een goed gevoel weer terug naar kantoor. Niet wetende dat er een groot gevaar op de loer ligt…
Want op de werkvloer van mijn klanten staat een groot harig monster te wachten. Eentje waar mijn vakgenoten ook doodsbang voor zijn heb ik inmiddels begrepen. Het monster dat het geleverde werk graag voor een groot deel op wil slokken, de mooie beloftes naar elkaar doet vergeten en het team terug laat vallen in oud gedrag. En hij luistert naar de naam: De Waan Van De Dag. Een sterk geaccepteerd fenomeen op de werkvloer wat graag gebruikt wordt als argument als het gaat over niet-nagekomen afspraken: ‘Waarom merk ik hier op kantoor weinig van wat we in de sessie met Niek besproken hebben?’ Met als antwoord: ‘Ja sorry, ik wilde er ook alles aan doen maar ik ben meegenomen door de Waan Van De Dag.’ Schrikwekkend.
Vaak komen leiderschap teams weer bij mij terug om met elkaar het gesprek te hervatten en terug te kijken op de afgelopen periode. Ik ga met ze in een kring zitten en vraag hoe het hen de afgelopen tijd is vergaan. Er zijn goede dingen ontstaan maar vaak komen ze terug met het teleurstellende nieuws dat een groot deel van de afspraken en beloftes niet zijn opgepakt of uitgevoerd door De Waan Van De Dag. Met een gelaten blik wordt dit dan ook algemeen door de groep geaccepteerd. In een flits schiet ‘ie weer door mijn hoofd: ‘Het monster, hij was er weer…’ Om mijzelf te vermaken heeft dit monster in mijn gedachten een knuffelbaar gestalte met grote vriendelijke ogen en zachte, paarse haren en loopt ‘ie een beetje hongerig langs de bureaus van mijn klanten op zoek naar kwetsbaarheid, hulpvragen en nieuw gedrag. Want ja, ik kan het hem niet kwalijk nemen dat hij zijn honger moet stillen. Ik kan zijn aanwezigheid op de werkvloer enkel accepteren en weer met het team in gesprek gaan over de eigenaardigheden waar ze last van hebben of die hun verbinden. Na een sessie met mooie woorden over en weer en met nieuwe afspraken op zak gaat iedereen weer tevreden terug naar kantoor en zit mijn werk er weer op. Maar steeds vaker blijf ik achter met een heimelijk gevoel van angst voor het monster wat op hen wacht. Zou hij er morgen nog steeds zijn..?
Hierbij stel ik mij graag kwetsbaar op en met de volgende hulpvraag: Wie is weerbaar voor de Waan Van De Dag en hoe kunnen we hem voorgoed verdrijven uit de kantoortuin?